De Particuliere Vastgoedsentiment (PVS)-index, of de mate
waarin de particuliere vastgoedverkopers naar de markt gaan, stabiliseerde op
1,11 (maart:
1,14). Het aantal verkopers die hun initiële verkooprijs naar beneden aanpasten
steeg, en dit nu reeds drie maanden na elkaar, tot 30 %. Dit wijst duidelijk op
een afkalvend marktvertrouwen bij de kandidaat verkopers.
De trendvoorspellende
Particuliere Vastgoedsentimentindex (PVS) van de lagekostenmakelaar Directmakelaar.be geeft de nieuwe
verkoopintenties weer van de Vlaamse particuliere verkopers uit het
middensegment van woningen. Eveneens wordt het aantal prijswijzigingen
opgevolgd die deze particuliere verkopers aanbrengen in hun
vastgoedaanbiedingen. De evolutie van het totale aanbod van de particuliere
verkopers en hun spontane prijswijzigingen in de loop van deze periode
geven de toekomstige markttendens weer.
Alleen
de Vastgoedindex (FOD economie, cijfers 4de kwartaal) rept van een
lichte prijsdaling. Ongeveer alle andere indicatoren melden een kleine toename
boven de inflatie van de gerealiseerde verkoopprijzen.
Deze
schijnbare tegenspraak laat alleen zien dat de ‘gemiddelde prijs van een
woning’ niet bestaat.
Ieder
verkoopprijs is immers in functie van het type huis (rijhuis, alleenstaand…), de
ligging, het onderhoud, het aantal slaapkamers etc... .
Wellicht is het beter en meer richting aangevend als we de prijs over een lagere termijn zouden vergelijken in de groep van de meest verkochte woningen. Uit de bestaande cijfers (Fod) kunnen we de huizenkopers selecteren binnen de prijsvork van de 25 % goedkoopste verkopen als ondergrens en de 25 % duurste woningen als bovengrens( de P25 en respectievelijk p75 grens). Dit geeft ons een groep van 50 % van de kopers van modale woningen. Deze 50 % van de kopers betaalden in 2013 meer dan 140.000 € en minder dan 255.000 €, en gemiddeld 212.265 €.
In 2000
was dit echter respectievelijk maar 54.537 € (p25); 111.552 € (p75) en 84.774 €
(gemiddelde verkoopprijs), of een prijsstijging van 150% ".
Het verschil tussen de onder- en
bovengrens, wordt steeds maar groter.
Daar waar de stijging van de gemiddelde
verkoopprijzen grosso modo het stijgingsritme van de bovengrens (p75) volgt,
wijkt deze steeds verder af van de ondergrens (p25).
Daarbovenop is er de bedenking dat
de prijs van het modaal woonhuis sinds 1985 dubbel zo snel steeg als het
gemiddelde inkomen.
Door deze groeiende discrepantie tussen de
inkomensgroei en de aangroei van de huizenprijzen is er steeds meer
concurrentie aan de onderkant van onze prijsvork. De betere inkomens stellen
hun normen naar onder bij en verdringen steeds meer de mindere inkomens uit de
markt. Deze laatsten zijn dan genoodzaakt hun koop uit stellen of zich tot de
huurmarkt te richten, en gezien ze van de markt (tijdelijk of definitief)
verdwijnen, stijgt automatisch de gemiddelde verkoopprijs.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
directmakelaar is een vernieuwde makelaar. Inspraak van éénieder is voor ons belangrijk.
Hoe kunnen wij dnze service verbeteren, hoe kunne wij ons als immo kantoor opnieuw uitvinden.